zaterdag 30 maart 2013

Grootmeesternorm voor Stefan Docx

Terwijl we aan het wachten zijn op de 3de grootmeesternorm van Bart Michiels, was het Stefan Docx die ons in de voorbije Belgische interclubs verraste met een 1ste grootmeesternorm. Na de 10de ronde klokte hij af op een fenomenale 7/9 en TPR 2694. De IM-titel was vorig jaar nog maar pas binnengehaald en nu op 39 jarige leeftijd deze doorbraak.

Je ziet wel vaker spelers die enkele jaren op een plateau hangen en dan terug een stap voorwaarts zetten maar Stefan heeft wel 20 jaar moeten wachten op die doorbraak wat zeer uitzonderlijk is. Ik vermoed dat zijn volgend fideklassement wel eens de 2500 zal passeren wat bijna 200 punten hoger is dan een kleine 2 jaren geleden. De vraag die je uiteraard stelt bij zulke prestaties is waarom nu pas en niet eerder. Kan zijn recept makkelijk gecopieerd worden bij andere talentvolle spelers?

Recent op Schaakfabriek werd geopperd dat je in BelgiĆ« geen echt hoog niveau kunt halen omdat er te weinig grootmeesters zijn waar je tegen kunt spelen. Dat klopt m.i. niet en o.a. Stefan is het levende bewijs hiervan. Het helpt uiteraard als er veel grootmeesters zijn maar je mag jezelf hierop niet blindstaren. Vooreerst kan je al heel wat zelf doen. Stefan gaf eerder aan dat hij een fysieke en psychologische aanpassing heeft gemaakt. Door fysieke trainingen zit hij beter in zijn vel en kan hij ook veel gemakkelijker en langer zijn concentratie behouden. Daarnaast heeft hij ook aanpassingen psychologisch gemaakt door meer economisch te spelen. Het is mij onduidelijk of die klik er is gekomen met hulp van buitenaf of compleet op eigen kracht. Belangrijk is om te beseffen dat je je eigen speelstijl in vraag moet durven stellen en aanpassen indien nodig.

Desalniettemin ben ik ervan overtuigd dat dit niet de enige redenen zijn van Stefans progressie. Ik zie bv. sinds 2009 dat er bij elke fideklassement nieuwe partijen zijn toegevoegd wat vooraf niet het geval was. Ik zie recent ook meer stappen naar het buitenland om competitie te spelen. Vervolgens is Stefans openingsrepertoire de laatste jaren enorm verbreed en uitgediept. Dit zorgt ervoor dat het voor de tegenstanders erg moeilijk is geworden om te raden wat er op het bord kan komen.

We kunnen spreken van een metamorfose en deze cocktail zorgt m.i. nu de explosie in groei. Vorig jaar toen Stefan het Vlaams kampioenschap won dacht ik zoals de meesten wellicht dat de TPR = 2562 toeval moest zijn maar de resultaten van het afgelopen jaar bewijzen het tegendeel: ratingwinst (vaak fors) in Belgisch kampioenschap, Belgische en Nederlandse interclub, Open Brasschaat, Open Gibraltar en Zilveren Toren.

Zijn meest indrukwekkende overwinning in de Belgische interclub vond ik met zwart tegen de sterke Ukrainsche grootmeester Andrey Sumets. Het is een rechtlijnige overwinning gebaseerd op vlijtig huiswerk en vervolgens een mooie technische afwerking.

Zelf speelde ik ook tegen Stefan in de interclub en werd net als de grootmeester in de vorige gepubliceerde partij getrakteerd op een nul. Echter het had op dramatische wijze anders kunnen aflopen waardoor op schaakfabriek uiteraard al aandacht werd geschonken aan deze partij. De opening verliep erg gunstig voor Stefan want ik kende zijn 11...,Pg4 helemaal niet en stond al snel minder. Dit lokte net na de partij een erg pijnlijke (wellicht onbedoelde) uitspraak van 1 van mijn ploeggenoten uit dat ik die opening toch wel had kunnen verwachten want Stefan had dit niet lang geleden al gespeeld. Je spendeert 10 uur aan een voorbereiding en dan komt zulke uitspraak hard aan van een speler die nauwelijks of niets voorbereid.

Het vervolg speelt Stefan ijzersterk. Ik denk even met het winnen van de pion op d5 dat ik er goed uitkom maar Stefan heeft beter getaxeerd. Mijn positie wordt steeds moeilijker te verdedidigen en de opkomende tijdnood doet de rest. Echter dan gebeurt iets vreemds maar laat ons eerst de partij eens van bij het begin doornemen.
2 ongelooflijke blunders van beide zijden. Van mijn kant zijn die vrij makkelijk te verklaren want ik had minder dan een minuut op de klok dus ik hield mijzelf enkel nog bezig met het pareren van de dreigingen en de tijd in het oog te houden. Geen haar op mijn hoofd dat er aan dacht om extra tijd te spenderen voor winst. Van Stefans zijde moet het te wijten zijn aan concentratiegebrek. Je hebt een zee van tijd extra op de klok, 2 pionnen meer en de aanval. Interessant is het niet meer dus wil je er eind aan maken. Je ziet 2 valletjes en speelt ze zonder na te denken want er kan jezelf niets meer overkomen. Tja en dan is er toevallig wel iets, nee zelfs 2 keer iets. Uiteraard wil je partijen winnen maar ik ben blij voor Stefan dat ik die partij niet gewonnen heb. Als ik de TPR in de Belgische interclub uitreken met de nederlaag i.p.v. de overwinning dan kom ik een paar elo tekort voor de GM-norm en dat zou echt jammer geweest zijn.

Dit relaxen bij de eindmeet is een zeer menselijke reactie. Ik herinner mij zo dat Kasparov in het wereldkampioenschap van Lyon 1990 meerdere malen erg gunstige stellingen zowel op tijd als op de klok weggaf door slordigheden veroorzaakt door eenzelfde type concentratieverlies. Een voorbeeldje zie je hieronder waar Kasparov uiteindelijk nog een halfje kan redden dankzij doorgedreven analyseren tijdens het afbreken.
Zelf heb ik weinig of geen last van dit type concentratieverlies en ik vermoed dan ook dat het met temperament te maken heeft. In elk geval een verwittigd man is er 2 waard en ik moet toegeven dat ik na deze kritieke partij, Stefan niet meer heb kunnen betrappen op zulke black-out. Vorige maal gaf ik aan dat een IM-titel voor Stefan zeker in de mogelijkheden ligt. Deze keer stel ik dat een GM-titel in de mogelijkheden ligt als hij de tijd en energie kan blijven vinden zoals vandaag.

Brabo

4 opmerkingen:

  1. "...omdat er te weinig grootmeesters zijn..." Volgens mij heeft Stefan ook veel ervaring en motivatie opgedaan in de Inventi-toernooien

    BeantwoordenVerwijderen
  2. In mijn partij tegen Sumets was de stelling tem 20..e5 mij bekend en wist ik wist dat zwart een aangename stelling had. Ik had vlak daarvoor in Gibraltar de variant met Pf3 en Lf4 tegen de Grunfeld 2x met wit gespeeld (en maar 0.5 gescoord) en had deze dus uitgebreid onder de loep genomen.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Progressie komt er door het accumuleren van ervaringen en daar horen de Inventi-tornooien zeker bij. Persoonlijk vond ik het een beetje jammer dat er vorig jaar een afgeslankte versie kwam t.o.v. de eerdere edities (uiteraard beter iets dan niets). Vandaag zie ik 4 spelers die zeker in aanmerking komen voor een grootmeesternorm: Bart, Stefan, Tanguy en Mher waarvan ik vind dat hij ook hoort bij het Belgisch schaken.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Stefan, ik had al opgemerkt dat je die Grunfeld met beide kleuren speelt. Studeren voor wit is dus ook nuttig voor met het zwarte kleur. De partij tegen Sumets zou zeker goed passen in mijn eerder blogartikeltje: http://schaken-brabo.blogspot.be/2013/02/kleuren-omwisselen.html

    Het feit dat wit belandt vanuit de opening in een verloren stelling met de eerste nieuwe zet die hij speelt, getuigt van weinig kennis van het systeem. Dit lijkt vreemd voor een + 2600 speler maar ik herinner mij enkele jaren geleden een anekdote met een andere sterke Oekrainsche grootmeester Goloshchapov Alexander in Le Touquet. Ik babbelde met hem en Anastasiya Karlovich, de dame die vandaag de interviews voor de kandidatefinales in London verzorgt, kwam erbij staan. Ik herinner mij 1 bijzondere uitspraak van haar: "Sasha is extremely talented but o so lazy." Mij verrast het dus niet meer dat bepaalde sterke grootmeesters voornamelijk op hun talent teren en (te) weinig theorie studeren.

    BeantwoordenVerwijderen